Jos Hakker verzetsstrijder en uitvinder van het antwerpse handje

De 'Antwerpse Handjes' zijn vandaag één van de meest populaire toeristische specialiteiten van de stad. De koekjes die gretig over de toog gaan, vieren dit jaar hun 90ste verjaardag. Anders dan het koekje zelf is zijn uitvinder - Jos Hakker - veel minder bekend. Nochtans is zijn levensverhaal zeer bijzonder.

Het levensverhaal van de ingeweken Joodse Amsterdammer is nauw verbonden met de Tweede Wereldoorlog. Hakker wordt opgesloten in Kazerne Dossin en door de Duitse bezetter op een trein gezet richting Auschwitz-Birkenau. Hij kan ontsnappen en sluit zich aan bij het Luiks verzet. Als één van de zeldzame ooggetuigen schrijft hij over de deportaties en de gruwel in de Dossinkazerne. Na de oorlog wordt hij met zijn familie herenigd en opent hij opnieuw de bakkerij.

1887

Jos Hakker wordt geboren op 28 mei 1887 in Amsterdam in een Joods gezin. Na het overlijden van zijn vader in 1889 wordt hij samen met zijn twee broers ondergebracht in een weeshuis. Hij krijgt er een opleiding tot pastei- en banketbakker.

De drie broers Hakker, vlnr.: Abraham, Jos en Hartog, ca. 1900.

Het Joods Jongensweeshuis in Amsterdam waar de broertjes Hakker verbleven. Het beeld dateert van omstreeks 1870.

1909

In 1909 komt Jos Hakker naar Antwerpen. Hij gaat er werken in de Terliststraat, in een Joodse bakkerij van een ver familielid: Simon Simons. Daar leert hij zijn toekomstige vrouw kennen, de Joods-Nederlandse Rachel Simons, de dochter van de bakker, geboren op 11 oktober 1874 in Den Haag.

Links: Rachel Simons, 1887. Rechts: Een beeld van De Herengracht in Den Haag, ca. 1900.
1911

Jos Hakker en Rachel Simons trouwen in 1911 en krijgen één zoon - Simon Hakker, geboren op 7 september 1912.

Huwelijksfeest Jos Hakker en Rachel Simons, 1911.

1915-1918

Tijdens de Eerste Wereldoorlog, in 1915, verhuizen Rachel en haar zoon Simon tijdelijk naar Den Haag. Een jaar later vervoegt Jos zijn gezin. Hij wordt opgeroepen door het Nederlandse leger en gaat in dienst bij de Landweer. Tot in 1918 maakt Jos deel uit van de Nederlandse strijdkrachten.

Simon Hakker op vijfjarige leeftijd in Den Haag, 1917.

Links: Het gezin Hakker-Simons in Nederland, omstreeks 1917. Rechts: Uittreksel uit het bevolkingsregister van Den Haag, 1915-1916.
1920'

Na de Eerste Wereldoorlog keert het koppel terug naar Antwerpen. In de late jaren twintig openen Jos Hakker en zijn vrouw Rachel Simons hun eigen bakkerij in de Provinciestraat 179: Hollandsche Banketbakkerij J. Hakker-Simons. Hoewel Jos Hakker en Rachel Simons beiden Joods zijn, staat de bakkerij niet onder het toezicht van een rabbijn. Een groot deel van het cliënteel is niet-Joods. De bakkerij voorziet in Belgische-Nederlandse specialiteiten zoals chocolade, speculaas en marsepein bij Sinterklaas en gebak bij Kerstmis.

De bakkerij in de Provinciestraat, Antwerpen, s.d.

Jos Hakker en Rachel Simons, jaren dertig.

De catalogus van wat er in de winkel werd verkocht, s.d.
1934

In 1934 schrijft de Antwerpse Meesterbanketbakkers-vereniging op initiatief van Jos Hakker een wedstrijd uit waarbij op zoek wordt gegaan naar een nieuwe Antwerpse specialiteit. Er nemen 43 leden van de beroepsvereniging deel aan de wedstrijd. Jos wordt aangeduid als laureaat. Hij wint de wedstrijd met zijn koekje in de vorm van een handje. Na de wedstrijd deelt hij zijn recept, zoals bepaald in het wedstrijd-reglement, met alle deelnemers.

Foto van Jos Hakker, zijn zoon Simon en zijn vrouw Rachel, tijdens de prijsuitreiking in 1934.

Op zaterdag 15 december 1934 lanceren de Meesterbanket-bakkersvereniging en de stad officieel de nieuwe Antwerpse specialiteit. Voor de geschenkdoos wordt eveneens een prijskamp uitgeschreven. Op de doos staan een reeks kenmerkende stadsgezichten van Antwerpen. De vorm van het koekje verwijst naar de 15de-eeuwse legende waarin de Romeinse held Brabo de hand van de reus Antigoon afhakt en in de Schelde gooit.

Promo-affiche voor de lancering van het koekje, 1934.
Geschenkdoos.
Koekjesvorm.
1936

In 1936 zijn Jos en Rachel 25 jaar getrouwd.

Postkaart met felicitaties van Cato en Griet Simons aan hun zus Rachel en haar man Jos, 1936.

1940

Op 10 mei 1940 vallen Duitse troepen België binnen en start een vier jaar durende bezetting. De Duitse bezetter verplicht Joden om zich in te schrijven bij de gemeente in het Jodenregister. Ook Jos Hakker schrijft zich samen met zijn vrouw en zoon aan het begin van de oorlog in.

Het formulier van Jos Hakker uit het Jodenregister van Antwerpen. De stempel van de paarse Davidster toont dat Jos zijn ster in december 1942 aankocht en afhaalde bij de stad.

In 1940 kunnen Jos Hakker en Rachel Simons niet vluchten voor de oorlog. Rachel is dan al ernstig ziek. Ze wordt meermaals opgenomen in het ziekenhuis. In oktober van dat jaar schrijft ze aan haar echtgenoot:

"Lieve Jo, sinds Simon hier is, heb ik gelukkig geen pijn, zeker met dat nieuwe pilletje... ik zal vannacht nu wel kunnen slapen."
Een briefje van Rachel vanuit het ziekenhuis aan haar echtgenoot Jos, 2 oktober 1940. Rachel sterft op 29 oktober 1942.

Rachel Simons, s.d.

1941

Zoon Simon Hakker vlucht eind 1940 met zijn Joodse verloofde Phyllis Wach en haar ouders Wolf Wach en Peggy Rozenzweig naar Frankrijk. Simon en Phyllis trouwen op 26 februari 1941 in de synagoge van Lyon. Twee weken na het huwelijk komt Simon terug naar Antwerpen om zijn zieke moeder Rachel te bezoeken.

Huwelijksfoto en trouwboekje van Simon Hakker en Phyllis Wach in Lyon, 26 februari 1941.

De schoonouders van Simon Hakker, Wolf Wach en Peggy Rozenzweig, verblijven met valse papieren in Lyon. Het koppel krijgt in Frankrijk een tijdelijke verblijfsvergunning.

Het vals paspoort van Peggy Rozenzweig dat ze gebruikt om België te ontvluchten, 1940.
Peggy Rozenzweig en Wolf Wach helemaal links naast elkaar vlak voor de Tweede Wereldoorlog.
1942

In België worden Joden vanaf mei 1942 verplicht een gele ster te dragen. De 'Davidster' in geel textiel, zo groot als een handpalm, waarop een 'J' gedrukt is, moet zichtbaar zijn op de linkerkant van de borst.

Jos Hakker ervaart de Jodenster als bijzonder stigmatiserend en schrijft: "Hoewel mijn familie nooit als Joden geleefd heeft en de meeste menschen zelfs onze Joodsche afkomst niet vermoedden, waren wij toch verplicht de ster te dragen met al de nadeelen hieraan verbonden. Persoonlijk droeg ik deze ster bijna nooit."

In augustus 1942 ontvluchten Simon Hakker en de vijf maan-den zwangere Phyllis Wach op aandringen van de ouders Hakker opnieuw het land. Vijf dagen later bereiken ze de Zwitserse grens. Daar verblijven ze tot aan het einde van de oorlog in de vluchtelingen-kampen van Chamby en Clarens vlakbij Montreux.

Simon Hakker, Phyllis Wach en hun eerste dochter Rachel in het vluchtelingenkamp in Zwitserland, 1943.

In 2018 interviewt Veerle Vanden Daelen, de conservator van het museum Kazerne Dossin, de oudste kleindochter van Jos Hakker, Rachel. In haar video-getuigenis vertelt ze over de oorlogsjaren van de familie Hakker. Dit fragment gaat over hoe haar moeder en vader – Simon en Phyllis – naar Zwitserland vluchten in de zomer van 1942. Ook de naoorlogse herinneringen van Rachel komen aan bod.

Op 11 oktober 1942 wordt Phyllis' vader - Wolf Wach - gearresteerd in Lyon. Hij wordt op 2 maart 1943 met transport 51 gedeporteerd van Drancy naar Maidanek in Polen. Hij schrijft aan zijn vrouw Peggy Rozenzweig:

"Liefste Peggy, ik laat u weten dat ik met volle moed met de kameraden vertrek, maar ik kan u niet zeggen waar ik naartoe ga…".

Hij overleeft de oorlog niet. Peggy Rozenzweig blijft in Lyon tot haar repatriëring naar België in mei 1945.

Portret van Wolf, de echtgenoot van Peggy en de vader van Phyllis Wach.
Het laatste teken van leven van Wolf Wach: een kaartje gericht aan zijn echtgenote Peggy Rozenzweig.

Na de dood van zijn echtgenote probeert Jos Hakker clandestien naar Zwitserland te reizen om zich bij zijn zoon Simon te voegen. Hij wordt echter verraden door zijn passeurs, collaborateurs van het Devisenschutzkommando. Op 13 november wordt hij naar de Dossinkazerne in Mechelen gevoerd.

Links: Het laatste handgeschreven kaartje van Rachel Simons uit het ziekenhuis, 1941: "Lieve Jo, ik voel mij 100% verlicht want ben ergens naar toe geweest en dat heeft mij o zo goed gedaan, dus daar ben ik blij mee. Nu zal ik vannacht wel kunnen slapen en het ging heel gemakkelijk. Doe de groeten aan al de zusjes en al de kennissen en voor jou een dikke kus. Je Rachel." Midden: De Dossinkazerne, zomer 1942. Rechts: Portretfoto Jos Hakker, s.d.
1943

Jos Hakker vertrekt op 15 januari 1943 vanuit de Dossinkazerne met het transport XVIII richting het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Voorbij Leuven, ter hoogte van Boutersem, slaagt hij erin met enkele mede-gevangenen uit de trein te springen. Hij ontsnapt definitief aan deportatie.

Jos Hakker wordt op de deportatielijst geregistreerd als nummer 247. Het woord 'évadé [ontsnapt] wordt na de oorlog toegevoegd achter zijn naam.

Na zijn ontsnapping sluit Jos Hakker zich aan bij het Luikse verzet en schrijft voor het sluikblad 'Le Coq Victorieux'. Tussen juli 1943 en januari 1944 publiceert hij in deze verzetskrant verscheidene artikels over zijn wedervaren in de Dossinkazerne.

Links: Cover van het verzetsblad Le Coq Victorieux, juli/augustus 1943. Rechts: In juli 1943 publiceert Le Coq Victorieux een eerste artikel van Jos Hakker onder de titel 'La Mysterieuse Caserne Dossin à Malines. J'ai vu…'.
1944

In september 1944 publiceert Jos Hakker in drie talen 'De Geheimzinnige Kazerne Dossin - Deportatiekamp der Joden'. Hij is een van de eersten die zo uitgebreid en nauwkeurig schrijft over het gevangenschap in de kazerne en wat daaraan voorafgaat: de Antwerpse pogrom, de razzia, de woekerprijzen van de mensensmokkelaars, het verraad, de arrestatie en de gevangenneming in augustus 1942. In 1945 verschijnt van de hand van Jos Hakker 'De heldenstrijd der maquis', een verslag over het bevrijdings-leger en het Onafhankelijk-heidsfront.

Cover van De heldenstrijd der maquis.

Cover van de Engelstalige publicatie De Geheimzinnige Kazerne Dossin-Deportatiekamp der Joden.

1945

Na de bevrijding keert Jos Hakker uit Wallonië terug naar Antwerpen. Zijn zoon Simon, zijn schoondochter Phyllis en de twee kleindochters Rachel en Joyce, geboren in Zwitserland, keren eveneens terug in de zomer van 1945.

Het jonge gezin Hakker: Simon Hakker en Phyllis Wach en de kinderen Rachel en Joyce, 1945.

Opa Jos met zijn twee kleindochters Rachel en Joyce.

Vader en zoon heropenen op 17 september 1945 hun banket-bakkerij in de Provinciestraat en stampen hun onderneming helemaal opnieuw uit de grond. Na de heropstart van de winkel, komt er in 1946 een nieuwe koekendoos voor de Antwerpse Handjes op de markt.

Vlnr: Jos Hakker, meestergast Flor, Phyllis Wach en Simon Hakker.

Vanuit zijn sociale betrokkenheid engageert Jos Hakker zich vanaf 1912 in de lokale afdeling van de Belgische Werklieden Partij, eerst als bestuurslid en later als lokaal voorzitter. Hij woont talrijke partij-vergaderingen bij, neemt plichtsgetrouw deel aan de 1 mei-vieringen en bouwt goede relaties op met heel wat Antwerpse politici, waaronder burgemeester Camille Huysmans. In 1945 wordt Jos de opvolger van Jef Noydens, de eerste voorzitter van de 6de en 7de wijk van de Belgische Socialistische Partij. Bij zijn dood wordt hij herinnerd als een 'energieke militant'.

Ontwerptekening voor een vlag van de Belgische Werklieden Partij (BWP) voor de Antwerpse 6de en 7de wijk, s.d.

In 1947 geeft Jos Hakker tijdens de festiviteiten voor het 50-jarig bestaan van de lokale BSP-afdeling een openingsrede.

Jos Hakker loopt vooraan mee in de 1 mei-optocht met de BWP-leden van de 6de en 7de wijk, 1954.
1956

In augustus 1956 beslissen enkele bakkers van de Antwerpse afdeling van de Koninklijke Vereniging van Meesterbanketbakkers van België om het Antwerps Handje te beschermen en opnieuw in de markt te zetten. Ze brevetteren het recept alsook de vorm, de benaming en de verpakking. Alleen Antwerpse bakkers die een licentie betalen, mogen vanaf dan het koekje maken en verkopen.

Leerlingen van de bakkersopleiding INCOPA (nu PIVA) bakken Antwerpse Handjes op de Meir en delen ze gratis uit, Antwerpen, 20-23 oktober 1956.

Patisserie S. Hakker-Simons, s.d.

De bakkerij wordt uitgebaat door Jos Hakker en zijn zoon Simon onder de naam Patisserie S. Hakker-Simons. Tijdens de jaren vijftig en zestig draait de bakkerij op volle toeren en werkt de hele familie mee in de onderneming. Ook de kleindochters Rachel en Joyce steken af en toe de handen uit de mouwen.

Phyllis Wach met haar twee dochters Rachel en Joyce voor de gevel van de bakkerij, s.d.

Opa Jos Hakker en zijn oudste kleindochter Rachel Hakker, s.d.

1967

Op 9 maart sterft grootvader Jos. Zoon Simon zet de bakkerij nog drie jaar voort en sluit dan definitief de deuren. Er zijn in de familie Hakker geen bakkers meer.

Simon Hakker, Phyllis Wach en grootmoeder Peggy Rozenzweig aan het werk in de bakkerij, s.d.
Bestelbon Patisserie S. Hakker-Simons, s.d.

Iemand kijkt binnen door het venster van de bakkerij, s.d.

In Putte liggen al meer dan honderd jaar graven van de Antwerpse Joodse gemeenschap. Op een Joodse begraafplaats geldt 'eeuwige grafrust'.
In 2008 brengt Radio 1 in een vier minuten durende reportage ode aan het Antwerpse Handje en zijn uitvinder Jos Hakker. U hoort onder meer ook de stem van kleindochter Rachel Hakker.
2017

De populaire Antwerpse Handjes worden steeds meer beschouwd als een stukje erfgoed van Antwerpen, maar de geschiedenis van het koekje en zijn uitvinder is niet erg bekend bij het grote publiek. In 2017 komt daar op initiatief van het Kazerne Dossin museum verandering in. Voor het eerst wordt het verhaal van Jos Hakker onder de publieke aandacht gebracht. Kleindochter Joyce spreekt tijdens een ochtendvertelling over de geschiedenis van haar grootvader en schenkt enkele objecten aan het museum.

In 2018 wordt in de permanente tentoonstelling een vitrine ingehuldigd, gewijd aan het verhaal van Jos Hakker. De link wordt gelegd tussen de kroniek-schrijver van Dossin en de ontwerper van de Antwerpse Handjes.

2020

In 2020 zorgt Antwerpen Koekenstad in samenspraak met de familie Hakker voor een herdenkingsplaat op de voormalige gevel van de bakkerij, Provinciestraat 179.

In november 2023 wordt voor de tweede maal het verhaal van Jos Hakker zichtbaar gemaakt in het straatbeeld. Op vraag van Rachel en Joyce wordt een struikelsteen gemetseld in het voetpad van de Provinciestraat ter hoogte van de voormalige bakkerij.

De herdenkingsplaat aan de gevel en het struikelsteentje in het voetpad houden de herinneringen aan het uitzonderlijke verhaal van Jos Hakker levend en herdenken tegelijkertijd de verhalen van alle slachtoffers van het nazi-regime.

Deze tentoonstelling is een realisatie van ADVN | archief voor nationale bewegingen op initiatief van Koekenstad Antwerpen en zijn bezieler Piet De Lombaerde. De uitwerking van deze expo gebeurde in nauwe samenwerking met Kazerne Dossin en het MAS. We bedanken graag Veerle Vanden Daelen (conservator Kazerne Dossin) en Leen Beyers (coördinator curatorenteam MAS) voor hun inhoudelijke bijdrage aan dit project.

Het merendeel van de foto's is afkomstig uit het archief van de familie Hakker. Onze bijzondere dank gaat uit naar de twee kleindochters Rachel en Joyce Hakker voor het delen van hun herinneringen en familiefoto's. Er is voor deze expo een beroep gedaan op enkele externe erfgoedcollecties, zowel voor het aanleveren van digitale reproducties als bruikleen.

Algemeen Rijksarchief | Dienst Archief Oorlogsslachtoffers – Transportlijst Mechelen-Auschwitz ; Amsab-ISG – Affiche Herdenkingsfeesten ; CegeSoma/Rijksarchief – Verzetsblad Le Coq Victorieux ; Felixarchief – Ontwerptekening BWP-vlag | Foto 1 mei-optocht van Antwerpse BSP-afdeling | Vreemdelingendossier Joseph Hakker ; Haags Gemeentearchief – Postkaart 's-Gravenhage | Uittreksel bevolkingsregister ; Privéverzameling Jan de Kinderen – Affiche Antwerpse Handjes ; Joods Museum van België – Jodenregister ; Museum Kazerne Dossin – Publicaties De Heldenstrijd der Maquis & The Mysterious Dossin Barracks in Mechlin. The Deportation Camp of the Jews | Interview Rachel Hakker | Fotocollectie familie Hakker ; Provinciaal Instittut PIVA – Foto uitdelen van Antwerpse Handjes ; Stadsarchief Amsterdam – Foto Joods jongensweeshuis ; VRT-archief – Reportage Antwerpse Handjes voor Radio 1